In de achtertuin van een woonhuis, op de achtergrens van het perceel, is een praktijkruimte gerealiseerd. Er is gekozen voor een overzichtelijke hoofdvorm temidden van een chaotische verzameling schuurtjes en aanbouwsels. Uit de hoofdvorm, een vierkant, wordt een kwart gesneden. Zo kan het licht diep binnendringen in het volume, tot op de blinde achtergevels. In het centrum van deze plattegrond bevindt zich de groepsruimte waar testen worden afgenomen. Aan de ene zijde bevindt zich de entree en de administratieruimte. De entreehal wordt visueel van de administratieruimte gescheiden door een vrijstaand element, waarin zich het toilet bevindt. Aan de andere zijde van de groepsruimte, direct tegenover het woonhuis, is de werkruimte voor de psycholoog.
Een massief dragende muur omsluit de drie kwarten van het vierkant. Uit deze muur is een opening gesneden om toegang te verschaffen tot het bureau. De massaliteit van de omhullende gevel maakt bij het niet-bebouwde kwartgedeelte plaats voor een transparante huid van glas. Een cilindervormige lichttrommel wordt boven het geheel geplaatst om eveneens zonlicht binnen te brengen. De driekwart cilinder volgt de loop van de zon. Aldus gaat de ene geometrische vorm, het vierkant, over in een andere geometrische vorm, de cirkel.
Het ruimteverloop naar de omvattende vorm van de lichttrommel, die identiteit naar buiten toe verschaft, is ook binnen steeds voelbaar en waarneembaar.
Gestreefd is naar een beweeglijkheid van het op elkaar inwerken en naar elkaar verwijzen van de onderdelen waaruit het geheel is opgebouwd.
